Wijkagent in gesprek over drugs

De politie komt drugs tegen op straat, maar soms ook bij de mensen thuis. Wat kan je doen als politie? Hoe kun je jongeren en ouders helpen? En hoe zorg je dat tegelijkertijd de regels gehandhaafd worden? Benjamin de Vries is 6 jaar wijkagent in de gemeente Nunspeet, hij heeft inmiddels de nodige ervaring. Een bevlogen wijkagent vertelt over de rol van de politie ten opzichte van verslavende middelen. Wanneer kun je praten en wanneer ga je straffen?

Alcohol

“We zien veel vaker alcohol op straat dan drugs. Dat is ook logisch; een kratje bier en zelfs een fles sterke drank in de binnenzak, zie je veel gemakkelijker dan pillen of poeders, die in sokken of onderbroeken zitten.”

“Als we minderjarigen dronken aantreffen op straat dan lichten we altijd de ouders in. Afhankelijk van de situatie brengen we de jongere thuis of komen de ouders hem ophalen op het bureau. Soms laten we, in overleg met de ouders, de jongere zelf naar huis gaan. De veiligheid van de jongere staat altijd voorop. Als we strafbare feiten constateren, kunnen de ouders kiezen tussen een boete of een afhandeling via Halt. Gelukkig kiezen velen voor Halt, jongeren krijgen dan educatie over alcohol of drugs, en Halt kan ook kijken of verdere hulpverlening nodig is.”

“Ouders lijken vaak wat minder problemen te hebben met alcohol dan met drugs. Vaak horen we: ‘Wij zijn vroeger ook jong geweest.’ Om goed achter de voordeur te kijken blijft lastig. Mensen schamen zich vaak voor de situatie. Daarnaast zijn ze bang voor de gevolgen. Als we denken dat ouders de problemen zelf niet kunnen oplossen, dan moeten we een melding maken bij Veilig Thuis. ”

Gezinnen gaan kapot.

Op straat zijn de drugs misschien minder zichtbaar, maar in sommige gezinnen ziet Benjamin de Vries weldegelijk de gevolgen van drugsgebruik. “Soms gebruiken jongeren 3MMC, dat is niet verboden. Dat gebeurt onder je neus en je kan dan juridisch weinig doen. We zien jongeren die kapotgaan aan angststoornissen, fysieke uitputting en een heftige verslaving. ” Naast 3MMC komen andere middelen voorbij, die wel illegaal zijn. Ouders zien bij hun kind de negatieve gevolgen van drugsgebruik en het verslaafde kind steelt, liegt en bedriegt om aan drugs te komen. Conflicten met dealers en andere gebruikers maken dat jongeren zich bewapenen. Dat alles heeft een enorme impact op vaders, moeders, broers en zussen. ”

Wat doe je eraan?

“Soms word ik gebeld omdat ouders poeders of pillen in de jaszakken van een zoon of dochter vinden en dan weten ouders niet precies wat het is. Dat kan een begin zijn van een langere relatie. Ik houd contact met gezinnen waar het door drugs helemaal misgaat. Het blijft voor ouders heel moeilijk om nieuwe problemen steeds weer op tafel te leggen. Wij wachten dan de meldingen niet af, maar houden actief contact met het gezin. Op die manier werken we samen met het gezin en hulpverleners naar een oplossing toe.”

“Jongeren betalen vaak niet zelf voor hun drugs, omdat ze geen geld hebben. In het begin krijgen ze het vaak ook gewoon, totdat ze verslaafd zijn. Dan hebben ze het nodig en zijn de drugs ineens niet meer gratis. Ze leveren dan diensten, zoals het bezorgen of doorverkopen van drugs. Hierdoor loopt de dealer zelf minder risico. Ook zien we wel eens dat jongeren hun lichaam verkopen in ruil voor drugs. Sommige jongeren lukt het dan ook niet om zelf uit deze wereld te stappen. Hun familieleden worden dan bedreigd of ze worden op andere manieren gechanteerd. Een jongere begeeft zich in het criminele circuit. Hierdoor moeten wij soms ook veiligheidsmaatregelen treffen voor het gezin.

Liever eerder in gesprek

“Als je nog contact moet maken op het moment dat er al problemen zijn, dan begin je met een achterstand. Wij investeren dus in contacten met jongeren. Het liefst praten we al met kinderen van groep 8, net voordat ze op de leeftijd komen dat ze op straat gaan hangen. Als je die jongens en meisjes vier jaar later op straat tegenkomt, dan kennen ze mij nog. Gedrag bijsturen gaat het beste als je al een relatie hebt met iemand.”

Goed gedrag belonen

“Als we eerlijkheid belonen, komen we verder. Ik kan wel meteen een boete gaan schrijven omdat een puber met een flesje bier op straat staat. Maar als ik jongeren zover krijg dat ze zelf vertellen dat er een kratje in de struiken staat, dan heb ik meer gewonnen. Dan schrijven we geen boetes, maar het kratje gaat wel mee. En ik maak duidelijke afspraken over een volgende keer. Jongeren weten dan waar ze aan toe zijn en krijgen de kans om het alsnog goed te doen. Belerend vertellen wat ze allemaal niet goed doen, werkt vaak averechts. Je bereikt veel meer als je het gesprek aangaat en de jongeren zelf tot de conclusie laat komen dat dit niet wenselijk is. “

Duidelijke afspraken geven een betere relatie

“Als we met jongeren duidelijk afspreken dat we deze keer geen straf uitdelen, maar de eerstvolgende keer wel, dan begrijpen ze dat heel goed. Ze weten wat ze kunnen verwachten. Als je dan een volgende keer een bon uitdeelt, is er eigenlijk nooit discussie. De relatie blijft dan ook goed. Dat is belangrijk voor hen en ook voor ons.”

Samen kijken naar wat er wel kan

“Bij een overlastmelding gaan we eerst met jongeren in gesprek. Soms is de overlast gemakkelijk op te lossen. De muziek zachter zetten kan al heel veel schelen, net als het opruimen van de eigen rommel. Maar soms hangen jongeren op plekken die echt ongeschikt zijn. Waar kunnen ze dan wel heen? Als er geen plek voor jongeren is, dan blijven we bezig met wegsturen. We verwijzen jongeren naar het Straathoekwerk om samen te zoeken naar plekken waar ze wel terecht kunnen.”

 

 

Ga naar de inhoud